De scholekster broedt steeds vaker in steden, op platte daken met grind of groen. Het is een alternatief voor hun afnemende leefgebied. Om te zorgen dat scholeksters succesvol kunnen broeden in de stedelijke omgeving, kunnen we de risico’s voor ze beperken. Wat kunnen wij doen voor scholeksters en andere broedvogels op daken?
Leefgebied
De scholekster komt normaal gesproken voor in de Waddenzee of in weilanden. Dit natuurlijke leefgebied neemt af en wordt minder geschikt als broedgebied, waardoor de vogel steeds vaker broedt in steden of dorpen. In de lente en zomer verschijnen ze door heel Nederland.
In de stad maken scholeksters hun nesten vooral op platte daken. Er is vaak weinig eten te vinden in de buurt van het nest, dus de vogels vliegen heen en weer tussen het nest en plekken waar wel voedsel te vinden is. Onderzoek heeft aangetoond dat inmiddels zo’n 15 tot 20% van de Nederlandse populatie scholeksters op daken in stedelijk gebied broedt.
Broeden op daken
Broeden op daken heeft verschillende voordelen voor de scholekster. Doordat nesten in steden hoog op daken liggen, zijn er minder predatoren in de buurt en is er minder verstoring door mensen. Door de hoogte hebben scholeksters overzicht over de omgeving en zien ze potentieel gevaar op tijd aankomen. Kuikens zijn daardoor minder kwetsbaar.
Er zijn helaas ook nadelen. Scholekster kuikens lopen op daken meer risico om gewond te raken. Ze kunnen bijvoorbeeld via regenpijpen in het riool terechtkomen. Bij te lage dakranden is een val soms onvermijdelijk. Daarnaast kan de temperatuur op een dak sterk stijgen en er is vaak weinig beschutting en water. Hierdoor raken de kuikens verzwakt.
Hoe kunnen we de scholekster helpen
Daken in de stad bieden een goede alternatieve leefomgeving voor scholeksters. Om ze een handje te helpen en daken nog geschikter te maken, kunnen we een aantal dingen doen:
- Laat bij werkzaamheden op het dak in het broedseizoen (maart tot juli) altijd een broedvogelcheck uitvoeren door een kundig ecoloog. Zo wordt de Wet natuurbescherming niet overtreden en raken vogels minder verstoord of gewond.
- Heb je een plat dak met grind of groen? Maak dit dan geschikter voor scholeksters om op te broeden. Je kunt bijvoorbeeld gaas of kraaienkappen bevestigen op regenpijpen, zodat kuikens hier niet in vallen. Ook kun je ervoor zorgen dat er water en beschutting is. Een dakrand van ca. 20-30 cm hoog is aan te bevelen om te voorkomen dat de jongen vroegtijdig van het dak afvallen. Groen op de grond helpt om de val van de kuikens te breken.
- Heb je een nest van de scholekster op een dak gezien? Meld dit dan via https://www.scholeksterophetdak.nl/. Met deze data maakt Stichting Onderzoek Scholekster inzichtelijk hoe het met de scholekster gaat, waar de vogel voorkomt en wat we kunnen doen om de soort te helpen. Op de site is ook meer informatie te vinden.
Headerafbeelding: ©Rafael Martig